Wednesday, August 19, 2009

Dag 12: De terugweg

Alweer staat Rick eerder op, dan ik, hoogst ongewoon! We ontbijten met wat er nog over is, wat voor mij een paar plakken candijkoek inhoudt. Kai eet koekjes en een Mars reep, een interessante combinatie, vindt hij.

Van de receptie hebben we te horen gekregen, dat we een late checkout mogen hebben. Tot half twee mogen we de kamers nog gebruiken, wat heel fijn is. De meisjes willen nog blijven liggen, maar Rick, Kai en ik pakken voor de laatste keer onze snorkelspullen.

Het water bij de rotsen is weer lekker helder en er zijn enorm veel vissen. We zien dit keer ook een barracuda, niet de vriendelijkste vis om te zien!


Al te gauw is het tijd om terug te gaan. De meisjes zijn teleurgesteld, want ze hebben net uitgevonden, dat de vogels vandaag niet uit hun kooi worden gelaten. Gelukkig laten de kakatoes zich ook tussen de tralies door aaien. Een van hen, Candy, gaat dan schattig achter haar oor krabben. Als ze niet zo’n rotzooi maakten, zou ik zo een kakatoe willen hebben!

Voor de lunch douchen we en pakken de laatste dingen in. Dan lopen we voor het laatst naar Bugaloe. Daar komt net een duikboot aan, dus Rick en Katja hebben gelegenheid afscheid te nemen van hun duikmeesters. Ook Jouke, de Nederlander, is er weer en als afscheid krijgt Katja drie hartelijke kussen van hem. Het is, geloof ik, maar goed, dat we niet langer blijven.

Katja vertelt, dat ze net heeft vernomen, dat ze in het bestuur van de Scuba Club bij Virginia Tech zit en ze hoopt dit schooljaar haar reddingsduiken brevet te halen. Wel erg leuk, dat ze gedurende het schooljaar ook met haar geliefde sport bezig kan zijn.

De lekkere stokbroodjes (de mijne met zalm vandaag), de bitterballen en de laatste frietjes met mayonnaise zijn al snel op. Voor het laatst lopen we door het zachte zand terug. De bagage wordt opgehaald, ik check uit en Rick en de bellman stouwen met moeite de acht zware tassen achterin de auto. We hebben toch weer zoveel Nederlands lekkers mee, dat er een extra tas bij aan te pas moest komen.

Rick zet mij, de kinderen en de bagage af bij het vliegveld en gaat zelf de auto terugbrengen naar American. Eigenlijk was ik liever meegegaan, want Rick heeft nogal de neiging over zich heen te laten lopen. Maar dat is onpraktisch, want ik kan intussen met de kinderen de koffers inchecken.

Van tevoren weten we nooit, wat we hier bij het vliegveld aan zullen treffen. Hier gaan we namelijk door de Amerikaanse douane. We hebben meegemaakt, dat drie uur bijna te weinig was om onze vlucht te halen en dat we uren bij de gate moesten wachten, omdat we er zo doorheen waren.

Het is vandaag dinsdag en ik verwacht niet, dat het druk zal zijn. We zijn in ieder geval vrijwel meteen aan de beurt bij de incheckbalie. Daar blijkt, dat een aantal van onze tassen meer dan 50 pond weegt. In allerijl probeer ik de toiletspullen van de meisjes anders te verdelen. Die hebben zoveel mee in lotions en ander spul, dat Katja’s tas meer dan vijf pond weegt!

Na veel gedoe is de ene tas nog net iets te zwaar, maar de US Airways medewerkster laat hem doorgaan. Geen enkele tas weegt minder dan 40 pond en we hebben er acht! Dan zegt de medewerkster, dat we voor drie van de koffers extra moeten betalen, want er mag maar een koffer per persoon mee! Dat is absoluut een nieuwe regel, voorheen mocht iedereen twee koffers mee.

Op de heenweg hoefden we ook niets bij te leggen, dus ik wijs haar op het feit, dat zowel Rick, als ik, Premier status hebben bij United, hun partner. Dat maakt inderdaad het verschil. Rick en ik mogen gratis twee koffers mee, dus ik hoef alleen voor de achtste te betalen. Wel iets om in de toekomst rekening mee te houden, want ik weet niet, of we onze Premier status zullen behouden.

Rick is eindelijk klaar met de auto en laat nog even zijn paspoort zien, waarop hij ook zijn instapkaart krijgt. Lopend naar het eerste checkpunt (waarbij de Aruba immigratiekaart uit ons paspoort wordt gehaald), vertelt hij hoe alles bij American is gegaan.

Een paar dagen geleden heeft Rick de verf op de bumper beschadigd aan een steen en we zullen te horen krijgen, hoeveel dat ons gaat kosten. Volgens hem zullen ze daar de kosten van de rit naar de Natural Pool vanaf trekken. Ik heb er helemaal geen goed gevoel bij, want de schade aan de bumper is niets op een oude auto, die al zoveel gebreken heeft. Ik zie het zo gebeuren, dat ze ons daar veel meer voor gaan rekenen, dan het zal kosten (als ze het al laten oververven). Het zal me benieuwen, maar als ze ons oplichten, door belachelijk veel aan te rekenen, is het zeker de laatste keer, dat we van hen huren. Ik heb ze ook aan bekenden aangeraden, maar zal dat in dat geval ook zeker niet meer doen.

Het volgende checkpunt zijn de Arubaanse veiligheidspoortjes (het ontgaat ons nog steeds, waarom we twee keer door de veiligheidspoortjes moeten). Schoenen uit, laptops in aparte bakken etc. we zijn eraan gewend. Er staat ook geen rij, dus we zijn er snel doorheen.

Meteen strijken de kinderen neer in de souvenirswinkel. Katja koopt er nog wat leuke dingetjes voor vriendinnen en Kai een paar gekke spullen voor zijn twee beste vrienden. Ik neem alle Nederlandse tijdschriften mee: Flair, Vriendin en Margriet. Ook hebben ze leuke Aruba stickers voor op de auto, die kan er ook nog wel bij.

Als laatste kopen we de 2010 Aruba kalender, zodat we het hele jaar kunnen verlangen naar de volgende vakantie daar. Er is iets geruststellends in het gevoel, dat we hiet volgend jaar weer heen kunnen, als we dat zouden willen. Het voelt echt een beetje als een "home away from home". Tot mijn eigen verbazing geniet ik er juist van om al bekende fijne dingen weer te zien. Rick en ik hadden, voor we dit eiland bezochten, nooit gedacht, dat we meerdere malen naar dezelfde plek zouden terugkeren.

In de duty free winkel kopen Rick en de kinderen Droste, Verkade en Toblerone chocolade. Ik twijfel of ik de kleine Goudse kaasjes mee wil nemen (met peper en knoflook), maar ik heb echt geen plaats meer in mijn overvolle rugzak.

De volgende stap is het ophalen en door de douane brengen van onze bagage. Het is echt fijn, dat dit in Aruba al kan, want op luchthavens als bijvoorbeeld Miami is het een nachtmerrie om door immigratie en de douane te gaan. Hier is de immigratieofficier tegelijkertijd douanier en we worden zonder problemen toegelaten tot de "Verenigde Staten". Even later leggen we alle tassen weer op een lopende band.

Onze gate is 4 en daar is het al flink druk. Kai en ik nemen in de Old Dutch Bar plaats, terwijl de anderen ijsjes gaan halen. We drinken nog een laatste Amstel Bright, het enige bier, dat ik echt lekker vind, voor Kai straks weer te jong is om een biertje te drinken.

Keurig op tijd komt het toestel uit Charlotte aan en binnen het halve uur daarna kunnen wij aan boord. Katja en ik zitten naast elkaar, de andere drie in de rij voor ons. Helaas heb ik het verkeerd geboekt, want we zitten aan de F kant en kunnen geen laatste blik op Palm Beach werpen. Volgend jaar moet ik dit blog erop naslaan en op de terugweg de A kant boeken!

Een beetje te vroeg landen we in Charlotte, North Carolina. Terug op Amerikaanse bodem, dus, het voelt wel even als thuiskomen. Dit is een leuk vliegveld met veel winkels en restaurantjes. We gaan bij Phillips Seafood wat eten. Ik heb niet veel honger na de saaie snackbox in het vliegtuig, dus bestel het voorafje van mini crabcakes. Precies genoeg en erg lekker is het.

Eenmaal bij de gate begint het boarden vrijwel meteen. We vliegen in een Embraer vliegtuig met alleen raam- en gangplaatsen. De stoelen zijn van leer en het is een aangenaam vliegtuig. De vlucht naar Washington bedraagt slechts vijftig minuten. Voor ik het weet zie ik het Capitool en Washington Monument opduiken. Wat wonen we toch bij een mooie stad!

Dat vind ik wel erg leuk van het aanvliegen op Reagan National. Het gemis van Aruba wordt meteen een beetje goedgemaakt door het besef, dat we zelf ook in zo'n mooi gebied wonen.

De bagage komt zeer snel aan en de van hebben we ook gauw weer gevonden in de gigantische parkeergarage (Rick schrijft altijd op het kaartje, waar die precies staat, want dat vergeet je na een week). Na nog even de "stickershock" over de prijs van twaalf dagen hier parkeren (volgende keer moeten we echt met een taxi, dat was veel goedkoper geweest) te hebben gevoeld, rijden we de heel rustige I-66 op.

Voordeel van tegen middernacht aankomen is, dat er absoluut geen verkeer is. We rijden dus binnen twintig minuten onze oprit weer op. Het is goed om het huis weer te zien en de poezen begroeten ons enthousiast. Na nog even ontspannen zoeken we al heel gauw ons bed op.

De laatste foto's staan ook online en zijn hier te bekijken.

We hebben weer een super tien dagen achter de rug om op terug te kijken en hiermee eindigt dit reisverslag. Morgen schrijf ik verder in mijn gewone blog.

PS: Rick heeft vandaag een email uitwisseling met de baas van American Car Rental in Aruba gehad. Die viel alles mee. Ze rekenen ons $100 voor de schade aan de bumper, maar betalen $60 daarvan voor de gids naar de Natural Pool terug. Onze kosten zijn dus $40 en dat vinden we heel schappelijk. We zullen volgend jaar, als we weer gaan, weer bij hen huren, maar dan wel heel duidelijk maken, dat we een 4x4 willen (al denken we dan toch weer Madi te huren als gids, beter voor Ricks (en mijn!) hart!).

Monday, August 17, 2009

Dag 11: Snorkel de snorkel

Tot mijn verbazing staat Rick al om kwart voor acht naast zijn bed! Ik ben nog niet wakker genoeg om ook op te staan, dus hij gaat ontbijt halen bij het Radisson hotel. Als hij terugkomt, ben ik inmiddels ook uit de veren. We eten ontbijt en wekken Kai ook, die mee wil gaan snorkelen.

Met zijn drieen zwemmen we naar de rotspartij tegenover het hotel. Nu het nog vroeg genoeg is en er geen motorboten langskomen, die het water vertroebelen, zien we van alles. We vinden vijf Caribische kreeften, twee inktvissen en een heel aantal mooi gekleurde vissen.

Kai en ik vermaken ons ook met het omkeren van sommige stenen. Daaronder zien we allerlei zeesterretjes, crabbetjes en andere organismen. Het is verbazingwekkend hoeveel leven zich onder de ogenschijnlijk dode stenen afspeelt!

Na een paar uur gaan we op zoek naar de meisjes. Die vermaken zich (voor het laatst blijkt later) met de vogels. Carlos laat Katja zelfs een van de kakatoes, Lisa, vasthouden, terwijl hij de vogel een prik geeft. Lisa kent Katja inmiddels zo goed, dat ze dat toelaat.

Met zijn allen gaan we lunchen bij Bugaloe. We zijn echt dol op dit restaurant. Het is veel goedkoper, dan de strandrestaurants van de hotels en het eten is veel lekkerder (lees Hollandser, Amerikaanse wraps e.d. kunnen we genoeg thuis eten). Bovendien zit je echt boven het water.

Na het eten vertrekken Rick, Katja en Kai naar de Heineken winkel, die Rick net ontdekt heeft. Daar willen ze souvenirs gaan kopen. Saskia en ik hebben geen interesse en blijven lekker in de zee dobberen. Het is ook weer eens leuk om ongestoord met mijn jongste te kletsen. Die wordt thuis altijd zo geabsorbeerd door al haar vriendinnen, dat het er daar niet vaak van komt.

Als de anderen terugkomen, maken Rick en ik ons klaar om naar Arashi te gaan. Eerst heeft Katja nog een verrassing voor ons. In de lobby van het hotel hangt een electronisch bord, waar je voor een gering bedrag berichtjes als felicitaties e.d. op kunt laten zetten. Katja heeft zo’n berichtje voor ons gekocht.

In rode letters lezen we: “Katja, Kai and Saskia wish their parents a very happy 21st anniversary! We love you!!” Zo lief, Rick en ik krijgen er een brok van in onze keel! Ik wil er nog niet aan denken, dat we aan het einde van de week Katja weer op school gaan afzetten. Het is zo gezellig met het volledige gezin!

Bij Arashi is het prachtig snorkelen vandaag. Het water is vele malen helderder, dan toen ik hier een paar dagen geleden was. We zien een paar mooie blauw met witte schollen, vinden weer allerlei inktvissen en een van de prachtige blauw met gele angelfishes laat zich mooi fotograferen. Het enige, dat nog ontbreekt is een schildpad. Het ziet ernaar uit, dat de ene, die ik tijdens het parasailen heb gezien, de enige van deze vakantie wordt.

Terug bij het hotel gaan we alvast wat inpakken en maken ons dan klaar om bij Piet’s Bar bij de Hyatt iets te gaan drinken. Rick hoopt nog steeds, dat Luz er zal zijn, maar krijgt alweer nul op het rekest. Onder het genot van een drankje genieten we van voorlopig onze laatste Arubaanse zonsondergang.

Over het strand lopen we naar de Pelican Pier, waar we willen eten vanavond. We balen echt, als het restaurant op maandag gesloten blijkt. Natuurlijk zijn er talloze andere restaurants, maar dit is de enige binnen loopafstand aan het water.

De kinderen weten meteen de oplossing: Blossoms in ons hotel. Daar eten we vaak de eerste avond na aankomst, maar dit keer natuurlijk niet. We kijken nog even in het Hyatt hotel, of hun restaurants wat zijn, maar daar rijzen de prijzen zo de pan uit, dat we bijna gillend weglopen! Onvoorstelbaar, hoe duur dat hotel is, in vergelijking met de Radisson en de Westin, terwijl die andere twee toch vergelijkbaar zijn qua luxe (de meeste kamers van de Hyatt hebben bijvoorbeeld geen balkon).

Bij Blossoms blijkt, dat we een half uur moeten wachten op een tafeltje. We benutten die tijd om boven nog verder in te pakken. Katja skypt nog wat met Leah en vindt uit, dat een van haar andere flatgenotes de kamer, die Katja zou krijgen, heeft ingenomen. Dat vinden wij toch niet erg netjes, al blijkt uit het gesprek, dat het meisje er een goede reden voor heeft en Katja nu een grotere kamer krijgt. Rick en ik vinden het gewoon “not done” om zonder overleg de kamer van een ander te nemen en dat laten we ook weten. Verder zal het er dus wel op neerkomen, dat dat meisje en Katja van kamer wisselen.

De maaltijd bij Blossoms wordt erg gezellig. Ze serveren hier Chinees eten en er is een sushi bar. Ook zijn er tepanyaki tafels, maar daar is geen plaats meer. Katja en ik doen ons natuurlijk tegoed aan de sushi, de anderen bestellen Chinees. De Blossoms sushi rol, die ik bestel, is superlekker! Hij is gemaakt met zalm en zalmcaviaar, die moet ik bij Sakana voorstellen!

Terwijl de kinderen de laatste hand aan hun koffers leggen, gaan Rick en ik nog even naar het casino. Daar win ik nog even $10 terug en neem afscheid van een van de aardige Arubaanse dealers aan wiens tafel we meerdere malen speelden. Relatief vroeg gaan we slapen, want we willen morgen weer op tijd opstaan om het uiterste uit de laatste uren hier te halen.

Sunday, August 16, 2009

Dag 10: Dagje Palm Beach

De ochtend van Katja en Ricks laatste duik, dus we worden om kwart voor acht gewekt. Zij gaan aan de zuidkust duiken en we zullen ze rond een uur weer ontmoeten bij Bugaloe om te lunchen.

Een half uurtje later sta ik ook op. Ik ontbijt met kandijkoek dit keer. Ook weer zoiets heel Nederlands, dat ik anders nooit eet. Jan en Jans, zoals we de twee duiven op ons balkon hebben gedoopt naar de bekende strip, zijn er ook weer. Ik wil hun gepoep echter niet en jaag ze weg. Ik zie, dat ze uitwijken naar het balkon van de kinderen. Daar worden ze wel liefhebbend ontvangen. Slimme dieren, die duiven!

Andere jaren ging ik vrijwel iedere dag op een strandwandeling, of naar Eagle Beach, of richting de vuurtoren. Dit jaar heb ik dat minder gedaan om mijn voet een kans te geven te genezen. Nog steeds heb ik er opeens een schietende pijn in, wat me doet vrezen, dat tien mijl hardlopen begin oktober er niet inzit.

Vanochtend wil ik toch weer erg graag een stuk langs het strand lopen. Helaas hebben Kai en Saskia er geen oren naar me te vergezellen, dus ga ik er alleen op uit. Zij gaan intussen met de vogels knuffelen.

In mijn bikini loop ik langs de rand van het strand. Wat een heerlijkheid toch, dit! Overal blijde mensen, een turquoise zee, wit zand, dat als klei tussen mijn voete aanvoelt, ik probeer het allemaal in mijn lange termijn geheugen op te slaan. Op een saaie, grijze winterse dag zal ik dit beeld weer tevoorschijn halen.

Bij de vissersboten maak ik een aantal foto's, maar eigenlijk is het al te laat op de dag. De lichtval is te scherp om de mooie kleuren, die ik wil zien, te krijgen. Verderop sla ik de windsurfers en vliegersurfers gade. Vooral die laatsten zijn zeer acrobatisch bezig en vliegen door de lucht.

Terug bij het hotel zijn Kai en Saskia nog steeds bezig met de vogels. Ze poseren gewillig met hun favorieten. Voor Kai is dat "Rainbow", een rood met paarse vogel, en voor Saskia "Lisa" een kleine kakatoe.

Voor Rick en Katja terugkomen, gaan Kai en ik nog even snorkelen bij de rotsen tegenover het hotel. Het is eigenlijk te laat op de dag, want door de vele motorboten, jet ski's etc., die vlak langs komen, is het water heel troebel geworden. Toch zien we nog een paar mooie koevissen en een kreeft. Dan komt de duikboot met Rick en Katja erop langsracen. Tijd om naar Bugaloe te gaan, dus.

Daar is Saskia ook al aanwezig. Katja kletst nog met een Nederlander, die ze op de duikboot heeft ontmoet. Kennelijk kunnen ze het goed met elkaar vinden, want het duurt maar! Wij hebben trek in lunch, dus Saskia gaat Katja halen. Ook zij neemt haar tijd, die Jouke moet heel wat zijn!

Het bruine stokbroodje met ham, kaas en ananas gaat er goed in. De Goudse kaas overal op is een van de dingen, die we hier zo lekker vinden. Het komt er in ons gebied in Amerika ook steeds meer in, maar we moeten het nog sterker promoten!

Na de lunch gaat Rick watersporten regelen. Kai en Rick willen de wave runner doen en Saskia en Katja het tuben. Ik ga met de meisjes mee, zodat ik op de boot kan fotograferen en filmen. Zo te zien is het erg wild voor ze. Ik ben blij, dat ik het niet doe, want het lijkt me funest voor rug en nek! De meisjes lachen wel, maar uiteindelijk vonden ze het toch wat teveel. Zo zag het er ook echt uit! De grote lol van vorig jaar hierbij ondervonden ze helaas niet.

Een andere boot brengt Saskia en mij terug naar ons hotel. Katja verkiest het terug te lopen. Rick en Kai zijn bij Eagle Beach aan het genieten van hun wave runners. Saskia wil weer gaan lezen bij het zwembad, maar ik heb zin om gewoon lekker in de zee te dobberen en zwemmen. Het is vandaag druk, er zijn ook veel lokale mensen op het strand. Dat maakt het wel gezellig. Al zwemmend heb ik heel wat te zien.

Als Rick en Kai terugkomen, komen ze ook even de zee in. Naar mijn gevoel zijn we teveel bij het zwembad en niet in deze heerlijke zee. Het is zo ontspannend hier! De deining van de golven heeft een hypnotiserende uitwerking. Ik zou hier wel uren kunnen liggen.

De anderen willen echter terug naar het zwembad. Onder het genot van een wijntje lees ik verder in mijn Nederlandse tijdschriftenschat. Intussen hebben we nog niets van Katja vernomen. Het is anderhalf uur, nadat ze heeft gezegd terug te zullen lopen.

Nu is Aruba een van de veiligste eilanden in het Caribisch gebied, maar ik voel me hier toch niet lekker bij. Als je heel langzaam loopt, neemt de afstand van de Pelican Pier tot hier op zijn hoogst een half uur in beslag.

Het is kwart over vijf en we hebben een reservering voor half zeven bij een restaurant een half uur rijden hiervandaan. Katja weet dat allemaal. Rick is niet bezorgd, hij is ervan overtuigd, dat Katja boven in de kamer is. Maar even later gebaart hij van de zestiende verdieping, dat zij er niet is.

Dan voel ik toch even paniek. Ik kan het niet helpen, dat het hele Natalie Holloway verhaal door mijn hoofd speelt, omdat het hier gebeurde. Ook is Katja met het tuben flink heen en weer geschud, dus wie weet heeft ze wel een medisch probleem gekregen. Ik weet het, ik maak me veel te snel druk.

Via het pad langs de hotels loop ik naar Unique Sports, de duikschool. Volgens Rick heeft ze daar iemand gevonden om mee te kletsen. Groot is mijn opluchting, als ik Katja's turquoise bikini herken! Ze heeft de hele tijd doorgebracht met de Nederlander, die ze op de duikboot heeft ontmoet. Prima, maar Rick en ik hadden dat graag geweten!

Boven maken we ons snel klaar voor het avondeten. De reservering is vanavond bij The Old Man and The Sea, vlak naast de Flying Fishbone van vrijdagavond. Dit is een nieuw restaurant, dus we zijn benieuwd.

Om te beginnen zien we, dat het bij de Flying Fishbone heel druk is en bij The Old Man and the Sea niet. Dit is een vrij nieuw restaurant, dus wellicht ligt het daaraan. Nu moet gezegd worden, dat de Flying Fishbone bepaald geen goedkoop restaurant is, maar hun gerechten zijn wel enorm goed!

We krijgen een leuk tafeltje in het zand bij The Old Man and the Sea en ieder een, door de eigenaresse zelf beschilderd, menu. Via een vlondertje kunnen we de, vandaag heel mooie, zonsondergang bekijken. Daarna bestellen we ons eten.

Om eerlijk te zijn heb ik moeite iets naar mijn gading te vinden. En dat heeft dan vooral met de prijzen te maken. Het minst dure gerecht kost $26! Kai bestelt dat, een simpele stir fry met kip, waar we thuis nog geen $20 voor betalen en dan wonen wij in een duur gebied.

Laten we zeggen, dat de kwaliteit van het eten bij dit restaurant prima is. Rick, Katja en ik bestellen de gevulde paprika met garnalen en kerriesaus. Het smaakt erg lekker, maar het is (in mijn ogen) de $33 ervoor niet waard! De menukaart is een schok qua prijzen en we waren hier niet gaan eten, als we dat van tevoren hadden geweten.

De kinderen willen graag dessert en Kai en Saskia bestellen de mint chocolate mousse. Dat is geen mousse! Dat is meer soep! Ze vinden het niet lekker. Katja's aardbeienijs is dat wel. De bediening in dit restaurant is erg goed, maar de rest is de enorme rekening niet waard. Ik denk niet, dat we hier zullen terugkeren.

De rest van de avond ontspannen we op de kamer(s). Morgen is onze laatste volle dag hier. Grappig, hoe tien volle dagen zo lang lijkt, maar dat is het ook zo weer voorbij!

En nieuwe foto's hier.

Saturday, August 15, 2009

Dag 9: De Natural Pool

Wat vliegt de tijd toch, als je zo geniet als wij deze vakantie! Het tweede weekend is alweer aangebroken en daarmee de laatste paar dagen.

Kai en ik beginnen vanochtend in de fitnessruimte. We doen afwisselend cardio en gewichten en sluiten af met buikspieroefeningen door de acht pond bal naar elkaar te gooien. Kai vindt het zo te zien ook leuk om samen te sporten, dus wie weet gaan we daar thuis mee verder. Boven grap ik tegen Rick, dat ik thuis ook veel vaker op de lopende band zou gaan staan, als ik uitzicht had op een turquoise met blauwe zee!

Ieder jaar staat er steevast een echte Hollandse pannenkoek op het programma van Linda's restaurant. Dat wordt vandaag onze brunch. Op weg erheen stoppen we bij Windie's om een nieuwe snorkel voor Katja te kopen. De hare slaat de hele tijd dicht.

Bij Linda's smaken de pannenkoeken weer ouderwets lekker. Ik bestel een "klassieke" met spek, appel, kaas en champignons. Rick houdt het ook hartig met salami, kaas en champignons. De kinderen doen er ook vruchten op, behalve kaas en/of spek of ham. Saskia heeft banaan en Katja en Kai ananas en mango. Het gaat er allemaal goed in, al is Rick de enige, die hem helemaal opheeft.

Katja voelt zich niet zo lekker. Ze heeft slecht geslapen door de spierpijn in haar rug en heeft hoofdpijn. Even overweegt ze om terug naar het hotel te gaan om te gaan slapen. Maar haar avontuurlijke instelling overwint en ze besluit de ruwe weg naar de Natural Pool met ons te trotseren.

De Natural Pool, of Conchi, zoals de lokalen hem noemen, ligt aan de ruige noordkust van het eiland. Het is een klein, diep zwembad beschut tussen de rotsen van de beukende golven. Regelmatig slaan er golven overheen, het natuurlijke zwembad met vissen voorziend. Bovendien is de rotswand bedekt met kleurige koralen. Het is dus een populaire snorkel- en zwembestemming.

Het enige probleem is, dat de "weg" erheen die benaming echt niet verdiend. Die is dusdanig rotsachtig, dat je absoluut een 4x4 nodig hebt en zelfs die hebben regelmatig lekke banden. Het is dus zeker niet iets, waar je aan begint, als je al van het begin twijfelt aan de capaciteiten van je vervoermiddel.

Dat laatste doen wij dus. Toen we bij de duinen waren, ontdekten we, dat de Mercury Mountaineer, die wij hebben, geen 4x4 heeft, terwijl we dat wel gereserveerd dachten te hebben (we hadden om een Toyota Prado gevraagd, maar niet gekregen, je zou denken dan tenminste een equivalent te krijgen). Bovendien zijn de banden zo versleten, dat Rick het kleinste zandheuveltje al nauwelijks opkwam.

Rick heeft het verhuurbedrijf, American, daarover op donderdag opgebeld, wetend, dat we nog naar de Natural Pool wilden. De medewerker aan de lijn vond Ricks klachten echter maar onzin. Naar zijn zeggen was hij zelf ook met deze auto naar de Natural Pool gereden. Eigenlijk had ik moeten bellen, want dan was hij er niet zo makkelijk afgekomen, maar Rick houdt niet van confrontatie en accepteerde zijn verhaal.

Na enige zoeken komen we bij het begin van de rotsachtige rit naar de Pool aan. Rick begint eraan en al bij het eerste heuvel slippen de banden en komt hij pas na heel wat verbrand rubber eroverheen. Dit durven we niet aan, want het zal verderop nog veel erger worden.

Wat nu? We zijn nu hier, dus we willen ook verder. Even overwegen we te gaan lopen (zo'n vijf kilometer, schat ik), maar met Katja's gesteldheid in deze hitte is dat ook niets. Dan zie ik een bord staan, dat er iedere 20 minuten een 4x4 shuttle is. Nu hebben wij daar de vorige zes keer, dat we hier waren, nooit iets van gezien, dus ik ga eens informeren bij het souvenirswinkeltje hier.

De oudere Arubaanse dame beaamt, dat er een shuttle is. Zij kan hem bellen en dan is hij er over twintig minuten. Het kost wel $60 voor ons vijven, maar dat hebben we er wel voor over om niet vast te komen te zitten in de woestijn van Aruba. Rick is volgens mij ook wel stiekem opgelucht, dat hij die enerverende rit voor de verandering niet zelf hoeft te maken.

Terwijl we op de gids wachten, ziet Katja een witte poes met iets, wat op een muis lijkt, in haar bek. Bij nader onderzoek blijkt het een drie weken oude kitten te zijn, die nog drie broertjes en zusjes heeft. De meisjes zijn in de zevende hemel en Katja's malaise is meteen vergeten. Het is dan ook wel schattig, die heel kleine witte poesjes! Mamma poes, Blanco, is ook heel lief, want de kinderen mogen haar babies gewoon aaien.

Tot onze verbazing blijkt de gids de dochter van de eigenares van de souvenirswinkel te zijn. Later vertelt zij, dat zij de enige vrouw is, die toeristen naar de Natural Pool rijdt. Madi is moeder en grootmoeder van zes kleinkinderen. Het is haar bepaald niet aan te zien, wat een energie heeft deze dame!

We hevelen onze spullen in de oude Jeep en beginnen aan het gehutsel en gehobbel. Bekwaam navigeert Madi over de stenen, terwijl Rick uitroept, dat het zelfs erger is, dan voorgaande jaren. Onderweg wijst Madi de verschillende planten aan en de stranden, die we voor ons zien. Ook vertelt ze over haar leven op het eiland. Ze is er duidelijk, net als wij, dol op.

Na een half uurtje komen we beneden bij de Natural Pool aan. Gauw springen we in het koele water. De kinderen zien meteen, dat Carlos "van de vogels" en nog een aantal andere hotelmedewerkers er ook zijn. We worden vriendelijk begroet.

Helaas zijn er dit keer niet zoveel mooie vissen te zien. Als ik dat tegen Madi zeg, beaamt ze dat. Ze zegt, dat zij de park rangers ervan verdenkt in de Natural Pool te vissen, als ze zich vervelen. Ze heeft ze dat een paar keer zien doen. Ze is het daar duidelijk niet mee eens, volgens haar is het als vissen uit een aquarium, omdat de vissen in de Natural Pool gewend zijn aan mensen. Dat is geen sport meer, vindt zij. Daar ben ik het mee eens.

Rick en de kinderen vermaken zich met op de rotsen klimmen en ervan afspringen. Ik klim wel naar boven, want daar ligt nog een mini Natural Pool. Maar de rotsen zijn scherp en onhandig als ik ben krijg ik een paar nare krassen op mijn benen. Ik houd het dus maar verder bij foto's maken.

In het water raak ik aan de praat met een paar Nederlanders. Zij zijn via het Nationale Park naar de Pool gereden en zien nog wit om de neus van die ervaring. Volgens Madi is die "weg" nog vele malen erger, dan die wij hebben gevolgd, en ze adviseert de Nederlanders haar naar boven te volgen. Die nemen dat aanbod met beide handen aan.

Na een goed uur zwemmen hebben we het gezien en beginnen aan de trek naar boven. Madi let goed op, dat de Nederlanders volgen en op een heel slecht stuk gaat ze er zelfs uit om hun Jeep eroverheen te helpen. Ze vertelt verhalen van Jeeps, die van de kant zijn gevallen en mensen met lekke banden, waarvan de reserveband ook lek was. Zij en haar vrienden helpen die mensen allemaal. Het eerste jaar hadden wij ook een lekke band, maar gelukkig pas helemaal bovenaan!

Net als we het erover hebben, zien we een Jeep met twee verloren mensen ernaast. Het is een stel Zuid-Afrikanen, die nu in Canada wonen. Hun band is helemaal van de velg, maar ze krijgen met hun krik de Jeep niet ver genoeg van de grond om de nieuwe band erom te doen. Niet getreurd, roept Madi, ik heb de juiste spullen daarvoor, en gaat prompt aan de slag.

Met behulp van Rick en de Nederlander lukt het de Zuid-Afrikaan en Madi de auto ver genoeg op te krikken. We juichen, als de nieuwe band eraan zit, en Madi prijst het internationale samenwerken met de wens, dat dat in de grote wereld ook zo zou moeten gebeuren. Nou, inderdaad!

De Zuid-Afrikanen volgen ons ook verder naar boven en zonder verdere kleerscheuren komen we weer heelhuids bij het huis van Madi's moeder aan. Of je nu zelf rijdt of een gids hebt, de rit naar dit natuurlijke fenomeen is de helft van het avontuur!

We drinken nog wat en de meisjes moeten natuurlijk nog met de poesjes knuffelen. Ze zijn er bijna niet weg te slaan! Dan schiet me opeens te binnen, dat Pat mij ook een gids had aangeraden en dat haar naam Madi was. Nu gebruikten wij voorheen nooit een gids, dus ik had er niet zo'n aandacht aan geschonken. Madi herinnert zich Pat en Rob en de meisjes goed. Grappig!

Ondanks onze aanvankelijke teleurstelling, dat we niet met onze eigen auto konden gaan, is het uiteindelijk een heel erg leuke middag geworden. We denken er nu zelfs over om Madi weer te huren, mochten we volgend jaar weer naar de Natural Pool willen. Het is voor Rick ook wel fijn om niet met witte knokkels aan het stuur te zitten.

Dat betekent echter niet, dat ik het gebeuren met American over ons heen laat gaan. Tenslotte heeft dit avontuur ons wel weer extra geld gekost. Wij huren specifiek bij hen, omdat ze grote SUVs met 4x4, die bovendien naar de Natural Pool gereden mogen worden. Ik bel op om te klagen over de service en praat Nederlands (misschien gek, maar ik heb het gevoel, dat sommige mensen denken, dat Amerikanen makkelijker te overreden zijn) met Omar.

Hij begint met een smoes, dat de auto niet naar de Natural Pool zou mogen, terwijl Rick dat bij het huren en bij het telefoontje twee keer specifiek naar voren heeft gebracht. Gauw krabbelt hij terug en zegt, dat een Mercury Mountaineer all wheel drive heeft en dus met gemak naar de Pool zou kunnen rijden. Ik maak duidelijk, dat dat met de banden van deze auto absoluut niet gaat.

De rest van het gesprek zal ik de lezers besparen, maar ik heb wel (netjes) duidelijk gemaakt, dat we dit keer niet te spreken zijn over de gang van zaken. Omar wil ons nu wel een andere auto geven, maar dat is mosterd na de maaltijd. Hij zal nu maandag bellen om het op te volgen. Dinsdag vertrekken we, dus ik ben benieuwd. Eigenlijk was het ons vooral te doen om een klacht in te dienen over hun service dit jaar.

Bij het hotel duiken we allemaal even het zwembad in. Dan lopen Rick, Kai en ik naar Piet's Bar bij het Hyatt Hotel. Daar hopen we Luz te treffen, die we ieder jaar zien, maar die is vanavond vrij. Verder is Piet's Bar niet zo gezellig, dus gaan we bij Bugaloe een Amstel Bright drinken en bitterballen eten.

De zonsondergang is vanavond wat bewolkt, wat naderhand wel de hele lucht in vuur en vlam zet. Bij Bingo hebben we om half acht een reservering. Het is erg gezellig druk, ook met veel Nederlandse gezinnen.

Het eten is dan ook erg lekker! Mijn carpaccio voorafje is zo groot, dat ik het niet opkan. De red snapper komen met een sausje met Hollandse garnalen erin, heerlijk! Toe delen we met zijn allen een portie poffertjes.

Rick, Katja en ik gaan ons geluk nog eens beproeven in het casino. Maar daar is het vanavond "dealer night" kennelijk. Bij beide tafels krijgen de dealers keer op keer sterke kaarten en langzaam maar zeker druipen de spelers af. Ook wij verliezen dit keer, al gaat het met een $5 inzet langzaam. Wat dollars lichter, maar plezier rijker, gaan we weer naar boven.

Friday, August 14, 2009

Dag 8: Baby Beach

Het oorspronkelijke plan was, dat Saskia vanochtend weer met Rick en Katja zou gaan duiken en Kai en ik mee zouden gaan om te snorkelen. Ik werd midden in de nacht echter wakker met mijn nek en schouders helemaal in de knoop, waardoor ik erge hoofdpijn heb en heel slecht heb geslapen. Zin om te gaan snorkelen heb ik om kwart voor acht dus (nog) niet.

Kai wil niet alleen gaan snorkelen en Saskia is te moe om te gaan duiken. Rick en Katja vertrekken dus samen. Wij hadden toch alleen bij de eerste duik kunnen snorkelen en dan nog eens bij een dieper wrak, dan dat van dinsdag, dus echt spectaculair is dat nooit.

Met alle macht probeer ik mijn spieren in het gareel te krijgen. Als de ibuprofen wat begint te werken, val ik weer in een onrustige slaap. Om tien uur vind ik het toch tijd om op te staan.

De andere twee maak ik ook wakker en Saskia verdwijnt meteen naar beneden om met de vogels te spelen. Ze is deze week echt Carlos' helper, vertelde hij mij. Zij mag ook als enige een van de vogels vasthouden, omdat die haar kent. Dat vindt Saskia natuurlijk prachtig (en is een van de redenen, dat de kinderen het liefst in dit hotel logeren)!

Kai en ik maken ons klaar om te gaan snorkelen bij de rotspartij voor het hotel. Door de vele rotsen is daar een verbazingwekkend interessant onderwaterleven te bekijken. Zo zien we een heel stel poffervissen. Die zijn zo mooi, want ze hebben fluorescerend groene ogen. Ook vind ik twee Caribische kreeften onder een steen en een inktvis, die bijna uit zijn hol komt. Verder zijn er hier ook een aantal zeer naar uitziende schorpioenvissen, dus het is zaak goed te kijken, voor je een hand of voet neerzet!

Na twee keer rond de rotspartij gezwommen te hebben, gaan we terug naar het hotel. Katja en Rick zijn al terug van hun duiken en zeggen vandaag mooie vissen, maar niets echt bijzonders te hebben gezien. Ik ben ervan overtuigd, dat Kai en ik tijdens het snorkeltripje hier vlakbij meer hebben gezien, dan we bij de Antilla zouden hebben gezien en dit was gratis.

Voor de lunch halen we warme saucijzen-, kaas-, sate- en frikandelbroodjes bij de Super Food. Dat is lekker goedkoop en vooral gewoon erg lekker! Saskia heeft liever een gebakje en neemt een moorkop. Daar kan ik niet van afblijven, gelukkig geeft ze mee een stukje. Ik weet niet waarom, maar Nederlandse room is ongeevenaard. Ik krijg het thuis niet nagemaakt. Misschien klop ik het niet genoeg op of doe er te weinig suiker in.

In de auto smullen we van de alleminst dieetverantwoordelijke tractaties. Dan gaan we op weg naar Baby Beach. Hier zwemmen Rick en ik tijdens het snorkelen de calorieen er weer vanaf, want er is een heel sterke landinwaartse stroming. Ik moet echt flink zwemmen om ook maar een beetje vooruit te komen! We zien wel wat mooie vissen, zoals blauwe en koninginpapegaaivissen, maar door het inkomende tij is het minder mooi, dan anders en kunnen we ook minder ver naar buiten zwemmen.

De kinderen vermaken zich op het strand en na het snorkelen ga ik nog lekker in het turquoise water dobberen. De tijd vliegt en voor we het weten is het weer tijd om terug te gaan.

Rick rijdt nog even door het centrum van Sint Nicolaas, een kleurrijk plaatsje aan de andere kant van het eiland naast de Valero raffinaderij. Dit is het echte Aruba, niet het toeristische van Oranjestad. Dit is ook de enige stad in Aruba, waar prostitie legaal is en die meisjes zijn er duidelijk uit te pikken.

We maken ons gauw klaar voor het avondeten, want we gaan de zonsondergang bekijken bij de Flying Fishbone. Dit restaurant ligt aan het water en de tafeltjes staan in het zand, sommigen zelfs in het water. We hebben deze vakantie geluk met de zonsondergangen, want ook die van vanavond is weer erg mooi.

Het eten smaakt ook bijzonder goed. Ik bestel gazpacho, die met een enorme (en dan bedoel ik "ENORM"!) tempura gamba wordt geserveerd. Mijn "hoofdgerecht" is een tweede voorgerecht, de koude visschotel, die ook superlekker is en lekker licht. Daarmee heb ik nog ruimte voor dessert en bestel de chocolade mousse. Die is fantastisch, maar zoveel, dat ik de helft nog niet op kan (Katja eet haar hele portie!!). Gelukkig helpt Rick met de rest.

Ook de anderen smullen van hun gerechten, alleen vindt Kai de saus op de babyback ribs niet lekker. Die smaakt inderdaad een beetje bitter. Ik denk, dat hij met marmelade is gemaakt. Rick en Katja vinden hun grouper zo te zien zeer smakelijk, want binnen de kortste keren is alles op hun bord schoon op! Saskia heeft een kinderportie biefstuk met pasta en is ook tevreden. Dit blijft een van onze favoriete restaurants hier.

De rest van de avond blijven we rustig op de kamer. Iedereen is moe en Katja en ik hebben veel rugpijn (zij van de tank van de nachtduik van gisteravond). Voor het slapengaan gaat Rick ons insmeren met mineral ice, hopelijk helpt dat.

De foto's zijn ook weer bijgewerkt, gisteravond en vandaag hier.

Thursday, August 13, 2009

Dag 7: Paardrijden!!!

Als kind droomde ik ervan om te leren paardrijden en een eigen paard te hebben. Mijn ouders vonden lessen echter veel te duur en later is het er nooit meer van gekomen. Wel heeft Katja toen ze een jaar of tien was les gehad. Dat was echter zo'n langdurig (3 uur per les en ik moest met Saskia van vier en Kai van acht blijven wachten) en inderdaad duur iets, dat we er, zodra Katja zei, dat ze het niet meer leuk vond (geen leuke lerares), mee zijn gestopt.

Toen Katja dus thuis in Virginia al voorstelde dit keer in Aruba te gaan paardrijden, was ik daar meteen voor te vinden. We zorgden ervoor, dat iedereen een spijkerbroek inpakte, en vanochtend is het dan zover!

Om kwart voor acht gaat de wekker van Ricks horloge en we eten gauw ontbijt en kleden ons aan. Het voelt vreemd om in dit klimaat een lange broek aan te trekken. Van anderen op het Aruba forum heb ik gelezen, dat het wel erg aan te raden is.

Keurig om tien voor half negen worden we opgehaald. In de van van Rancho La Ponderosa zitten al drie stellen, die bij andere hotels zijn opgehaald. Er is nog precies plaats voor ons vijven.

Bij de ranch aangekomen (waar behalve paarden ook geiten, kippen en een koe worden gehouden) moeten we allemaal een formulier ondertekenen, dat we de ranch niet verantwoordelijk zullen houden voor eventuele ongelukken. Jelle wordt onze groepsleider. Tijdens het opzadelen hoor ik, dat hij met een Amerikaanse getrouwd was en zijn twee kinderen in Pittsburgh ook Nederlands heeft geleerd. Hij kan zich dus wel met ons Nederlands-Amerikaanse gezin vereenzelvigen.

Toch wel ietwat zenuwachtig stap ik op mijn paard Charro. Het is een grote witte hengst en voor mijn lange benen moet de stijgbeugelriem flink aangepast worden. Kai heeft ook een schimmel, die Scorpio heet, en ook Ricks paard is een schimmel, Aurora. Saskia krijgt het kittige paardje Carolina en Katja rijdt op Princess. We worden allemaal aangesproken met de naam van ons paard, want in zo'n korte elf namen leren lukt de leiders niet.

Als we eenmaal gaan lopen valt het me alles mee. Charro lijkt er echter niet zo'n zin in te hebben. De andere paarden stappen flink door, maar hij blijft achter. Ik krijg de indruk, dat hij pijn heeft en zeg dat tegen Pedro, een van de gidsen. Daar krijg ik gelijk in, want Charro heeft een steen in zijn hoef. Ik moet even afstappen en de steen wordt verwijderd. Daarna heb ik een veel enthousiaster paard!

We lopen eerst door een buurtje, maar dan al gauw de dorre wildernis vol cacti van Aruba in. Het is zinderend warm, maar ik geniet! Wat een ervaring is dit!! Na een tijdje gaan we over in draf en als het terrein wat vlakker wordt zelfs in galop! Yeehaw!!

Ook de kinderen genieten met volle teugen. Kai, die eigenlijk niet mee wilde, geeft toe, dat dit veel leuker is, dan hij had verwacht. Na een uurtje bereiken we de kust. Daar worden wat foto's genomen van ons te paard en we nemen een korte pauze bij de ruines van de goudmijn. Daar krijgen we ook een flesje water, dat ik vrijwel in een teug leegdrink! Je krijgt wel dorst van dit stoffige rijden!

Op de terugweg galopperen we nog veel meer. Wat een heerlijk gevoel, ik wil eigenlijk, dat dit ritje eindeloos zal duren (al voel ik mijn achterste wel!). Mijn cameratas hangt om mijn nek en met al het gehos breekt het hengsel daarvan. Gelukkig stapt geen van de paarden achter mij op de tas en kan een van de gidsen hem weer ongedeerd (alleen kan ik hem niet meer over mijn schouder hangen).

Na zo'n twee uur zijn we terug op de ranch. Dit ritje was zijn geld dubbel en dwars waard, daar zijn we het allemaal over eens! Ik knuffel Charro eens flink, die zijn hoofd dankbaar tegen mijn zij aandrukt. Dit heeft mijn interesse in paardrijden weer helemaal aangewakkerd.

Terug in het hotel doen we als de wiedeweerga onze badpakken aan. Na een snelle duik in het zwembad om af te koelen, gaan we lunch eten bij Bugaloe. Dit keer nemen Katja en ik het broodje gerookte zalm. Dit is onze favoriete lunchstek aan het strand. De prijzen zijn redelijk en het eten erg lekker.

Rick en de kinderen gaan vanmiddag naar het nieuwe waterpark op het eiland, Morgan's Island. Ik heb gisteren al genoeg waterpark gehad. Die hoge glijbanen doen me niets en we hebben in onze omgeving genoeg waterparken.

Zand, zee en snorkelen, dat is mijn passie hier in Aruba. Rick zet mij af bij het Arashi strand, waar ik eerst anderhalf uur ga snorkelen. Ik zie weer mooie dingen, waaronder een enorme zeester, een octopus en verschillende mooie vissen.

Na het snorkelen zoek ik een plekje op het strand om mijn (Nederlandse) tijdschriften te gaan liggen lezen. Ik vind een idyllisch plekje onder een van de palmbomen. Het uitzicht is een andere palmboom, de turquoise met blauwe zee en de catamarans van de verschillende snorkeltochten. Beter kan het toch niet?

Om een uur of vijf zie ik Rick en de kinderen weer aankomen. Zij hebben grote lol gehad in het park. Rick geeft echter toe, dat er maar weinig glijbanen waren, die ik leuk had gevonden (ik ga het liefst op een grote band naar beneden). Ik heb ze dan ook echt niet gemist tijdens mijn ontspannende strandmiddag!

Boven maken Katja en Rick zich snel klaar. Zij gaan vanavond een nachtduik doen. Dat betekent, dat Kai, Saskia en ik samen gaan eten. Na de zonsondergang, die vanavond helemaal helder is, alleen zie ik de befaamde groene flits helaas niet, gaan we op weg.

Salt and Pepper is een tapas restaurant tegenover het Radisson hotel. Dat is twee hotels verderop, dus makkelijk te belopen. Achter de hotels liggen allerlei winkeltjes en restaurantjes met terrasjes, dus het is er erg gezellig.

De meeste medewerkers bij Salt and Pepper zijn Nederlands, wat ik ook weer leuk vind. We krijgen meteen een tafeltje op het terras, waar op ieder tafeltje een verschillend zout en peper stel staat. Dit restaurant verzamelt die en als je er een voor ze meebrengt, krijg je een gratis glas wijn. Ze hebben binnen een flinke verzameling.

Saskia heeft niet veel honger, dus bestelt enkel wat mozzarella sticks. Kai en ik zijn avontuurlijker. Kai's smaak is de afgelopen paar jaar sterk veranderd. Was hij voorheen nogal kieskeurig, nu probeert hij van alles en nog wat. Dat geeft hoop voor Saskia, die ook niet veel lekker vindt.

Kai en ik delen een aantal tapas. Ik begin met een gazpacho met serrano ham, erg lekker. Kai neemt de kipvleugeltjes en ik de Sechuan tilapia, die lekker is, maar wel erg in saus drijft. Verder delen we brie met mangosaus, pittige biefstukhapjes en een dip met spinazie. Allemaal erg lekker en tevreden lopen we terug naar het hotel.

Daar zijn Katja en Rick ook net terug van hun duik. Ze zijn naar hetzelfde scheepswrak geweest, als waar we dinsdag hebben gesnorkeld en gedoken. Ze zijn helemaal enthousiast, want ze hebben murenen zien eten, vissen zien slapen en twee kreeften en een zeeschildpad gezien.

Rick en Katja hebben nog niet gegeten, maar Katja wil eerst douchen. Terwijl zij dat doet, gaan Rick en ik naar het casino. Daar is plaats aan de $5 minimum inzet blackjack tafel. Er zitten een aantal leuke, praatgrage spelers en ook de dealers zijn dit keer vrolijk (soms kan er geen lachje of woordje vanaf). Dat maakt het erg leuk, dus ik blijf, nadat Rick en Katja naar Taste of Belgium vertrekken, nog een uurtje spelen. Uiteindelijk win ik maar $5, maar beter iets, dan niets!

De foto's zijn ook weer bijgewerkt, inclusief paardrijfoto's, klik hier.

Wednesday, August 12, 2009

Dag 6: De Palm Island

Gisteravond hadden Kai en ik afgesproken weer naar de fitnessruimte te gaan vanochtend. Met veel moeite, want ik heb eigenlijk helemaal geen zin, rol ik om acht uur uit bed. Kai is echter ook te moe en ik kruip weer terug in bed. Het snorkelen van vanmiddag moet mijn "sporten" van vandaag dan maar zijn.

Kai en Saskia zijn gisteravond tot laat op het strand gebleven in de hoop de Perseids meteoren regen te zien. Als ik hun kamer binnenloop, vertelt Saskia enthousiast, dat ze zes meteoren hebben gezien. Nu willen we vanavond met zijn allen proberen, of we er nog wat van kunnen meekrijgen.

Om een uur of half tien is iedereen dan toch wel wakker. Het plan is om vanmiddag naar De Palm Island te gaan. Dat is goedkoper, als je na twaalven gaat, dus we hebben nog een paar uur om iets anders te gaan doen. We besluiten naar de noordkust te rijden en daar wat van de ruwe onverharde weggetjes te gaan rijden.

Onder weg komen we langs het achttiende eeuwse Alta Vista kapelletje. Hier stappen we even uit om foto's te maken. Alleen komen er net een paar Jeeps met toeristengroepen aan en is mijn lens nog beslagen door de overgang van de airconditioning in de kamer naar de vochtige hete lucht buiten.

We rijden dus snel door over een van de vele onverharde "weggetjes", die het eiland rijk is. Sommigen van die wegen verdienen die benaming eigenlijk niet, zo slecht zijn ze. Gelukkig valt deze wel mee, al komt Rick al bijna vast te zitten bij een heuveltje. Dat belooft wat voor als we naar de Natural Pool gaan! Dat is een en al rots!

We hebben wel spectaculaire uitzichten over de wilde noordkant van Aruba. De golven beuken tegen de kust en ik moet, terwijl we dat geweld zo gadeslaan, opeens aan Nathalie Holloway denken. Hoe makkelijk zou het zijn geweest haar lichaam hier in het kolkende water te storten. Zou dat met haar gebeurd zijn?

Op de terugweg komen we weer langs het kapelletje en dit keer zijn er slechts een paar Arubaanse families, die komen bidden. Het is een mooi gebouwtje, van binnen en van buiten. Ik maak wat foto's, al durf ik binnen niet te flitsen om het altaar er mooi op te krijgen. Hopelijk is die foto gelukt zonder flits.

Net na twaalven parkeren we de auto bij De Palm. Na entree betaald te hebben (tot Saskia's ergernis is ze weer even twaalf, want dat scheelt een hap geld) worden we met het bootje overgezet naar het eiland.

Bij de prijs is al het eten en drinken ook inbegrepen, dus we beginnen met lunch. Er is een buffet of hamburgers en hot dogs met friet. Katja en ik doen ons tegoed aan het buffet, wat veel minder vet is. Er zijn veel groentes en heerlijke grouperfilets met een Creoolse saus. De andere drie nemen hamburgers met friet.

Zodra we klaar zijn met eten maken we ons klaar om te gaan snorkelen. Dit is mijn absoluut favoriete plek op Aruba om dat te doen. Het is vrijwel overal ondiep en de kleuren van de papegaaienvissen prachtig. Mijn doel is om de mooiste foto daarvan ooit te maken. Dat is allerminst makkelijk, want vissen bewegen, er is deining en het water is niet altijd even helder (er zwemmen bijvoorbeeld hele scholen met minuscule visjes net aan het oppervlak).

De meisjes hebben het na een half uurtje wel gezien en gaan in het waterpark spelen. Kai, Rick en ik houden het langer uit. Ik zie een enorme barracuda en Kai vangt een trunk fish (Karin, wat is dat in het Nederlands, ik moet die benamingen toch eens bestuderen). Na een paar foto's laat hij die natuurlijk ook weer los.

Na een uur gaan we even lezen en van de glijbanen in het waterpark af. Ik moet zeggen, dat dat niet echt mijn ding is. Ik dobber liever al visjes kijkend in de zee. Dat ga ik dus prompt weer doen, want het is hier werkelijk, alsof je in een gigantisch aquarium zwemt!

De tijd vliegt en, voor ik het weet, is het half vijf en tijd om te vertrekken. We willen onderweg nog een aantal winkels aandoen voor sluitingstijd. Als eerste gaat Rick bij Gemani onze schoongemaakte sierraden ophalen. Nou, zeg, ze lijken werkelijk wel nieuw!! Van nu af aan draag ik ze alleen 's avonds, zodat ze niet weer vies worden. Gelukkig hebben we een kluisje in de kamer.

Bij de boekenwinkel kijk ik even of er nog Suske en Wiskes zijn. Daar wordt me verteld, dat die heel duur zijn geworden. Wel hebben ze allerlei Asterixen en Kuifjes. Een van de Asterixen heb ik, volgens mij, nog niet gelezen, dus die neem ik mee.

De laatste stop is bij Super Food. Hier kopen we ook gelijk de spullen in, die we mee terug naar Virginia willen nemen. We vullen de hagelslagvoorraad aan, die na het bezoek van mijn zus flink is geslonken. Kai en Saskia willen limonadesiroop en poffertjesmix, ik een paar zakken Pepsels met kaas en DF pepermunt en zo nog een aantal dingen.

Voor de derde avond achtereen zie ik de zonsondergang vanaf ons balkon. We krijgen echt waar voor ons geld, alleen wel vervelend van de tanker, die precies onder de zon voor anker ligt. Die geeft toch een minder romantische voorgrond, dan een zeilboot! Maar ja, daar kan het hotel niets aan doen.

Vanavond gaan we bij het Argentijnse steakhouse El Gaucho in Oranjestad eten. Dat is een enorm populair restaurant, dus we moeten, ondanks onze reservering, even op een tafeltje wachten. Dan krijgen we ook wel een heel gezellige toegewezen! De steaks zijn erg lekker, al ben ik meer een visliefhebster.

Nu Kai en Saskia gisteravond de meteoren hebben gezien, wil de rest van ons dat ook wel. Rick rijdt naar de California vuurtoren en parkeert daar langs de kant. Er is hier maar heel weinig kunstlicht, waardoor we de sterrenhemel heel goed kunnen zien. De Melkweg is heel duidelijk zichtbaar, iets waarvoor we in ons gebied wel even moeten rijden.

We gaan op de auto liggen sterrenkijken. Opeens roept Kai, dat hij er een zag. Vlak daarna zien Katja en ik er ook een en dan Rick en Saskia. Het is fascinerend, zo'n "vallende ster" te zien! Het werkt verslavend, want net als je denkt, dat er toch geen meer komt, is er weer een te zien. Net na elven gaan we toch maar terug naar het hotel, want morgen moeten we vroeg op. Het zien van de meteoren is zeker de moeite waard en ik las, dat ze tot ongeveer 15 augustus zichtbaar zijn aan het noordelijk halfrond.